Vogelouders zijn ijverige maar strenge opvoeders. Wekenlang stoppen zij hun krijsende nageslacht vol wormen, torren, kevers en af en toe een stukje brood. Maar als ze volgroeid zijn, is de ouderliefde helemaal over. Behendig wippen pa en ma de kleintjes over de rand van het nest. Opgeruimd staat netjes. Eindelijk rust in de tent. Mensenouders zijn minder cru. Bijna nooit zetten ze hun kroost buiten de deur. Sterker: een kwart van de kinderen die op zichzelf gaan wonen, trekt binnen vijf jaar weer bij de ouders in. Boemerangkinderen, noemen sociologen ze. Het zijn er anderhalf keer zoveel als twintig jaar geleden.

Twee belangrijke redenen om terug te vliegen naar pa en ma zijn een relatiebreuk en financiële problemen. Veel ouders staan klaar met steun, blijkt uit een peiling onder de leden van het MAX Opinie Panel. Maar ook als er niks aan de hand is, steunen ouders en grootouders hun nazaten ruimhartig en graag. Ruim een derde van de (groot)ouders trakteert de (klein)kinderen op financiële injecties, bijvoorbeeld door periodiek te sparen op naam van het kind. Er zijn zelfs opvoeders die de kinderbijslag elke maand trouw naar spaarrekeningen op naam van hun kroost gireren. Dit ‘sparen voor de (klein)kinderen’ raakte modieus in de welvarende jaren negentig, toen de geldbranche met grof reclamegeweld de studie(woeker)polis promootte. Sparen voor je nageslacht zou je kroost vooruit helpen, ze zouden kunnen studeren, en je zou een (fiscaal) verstandige opvoeder zijn.

Die mooie droom komt meer dan eens niet uit. Want eens gegeven blijft gegeven, geldt voor kinderspaarsaldo’s, al draagt de ontvanger nog luiers. De ouders mogen het geld weliswaar beheren, maar niet terugnemen. Vanaf de 18e verjaardag vervalt het beheer. Niet pa en ma, maar het kind beslist dan over het geld. En wat doet die levenslustige 18- of 19-jarige met die gratis twintig mille? Voor menig (aanstaande) student is een wereldreis of ‘uitbundig’ studeren verleidelijker dan een diploma of titel op de langere termijn.

Had je als ouder andere plannen? Dan mag je hopen dat een goed gesprek nog helpt. Misschien kun je samen alsnog regels overeenkomen voor het verstandige gebruik van de studiespaarpot. Bijvoorbeeld doordat je kind maandelijks een haalbaar, ondersteunend bedrag naar zijn betaalrekening overboekt. Problemen voorkomen, werkt beter. Waarom zou je als (groot)ouder überhaupt voor kinderen sparen? Ouders zijn wettelijk verplicht om de kosten van levensonderhoud en studie van hun kroost tot hun 21e te voldoen. Ouders met voldoende geld moeten hun studiebollen zelfs na hun 21everplicht financieel steunen om hun studie af te kunnen maken. Alleen al daarom spaart een verstandige (groot)ouder nooit op naam van het kind, maar houdt die zelf de beschikking over het studiegeld.

Schenk kinderen verder pas geld als je zeker weet dat ze er verstandige dingen mee gaan doen. En geef nooit geld dat je mogelijk zelf nog nodig hebt. Je pensioen kan tegenvallen en je kunt wel honderd worden en jarenlang zorg nodig hebben. Als je nu teveel weggeeft, komen de zorg- en leefkosten later als een boemerang op je af, en eindig je mogelijk als bedelaar van je eigen nageslacht.