In Los Angeles bevat de garage van een doorsnee gezinswoning honderden dozen vol spullen. Een gemiddelde Duitser bezit tienduizend objecten. En de volwassen inwoners van het Verenigd Koninkrijk hebben samen zes miljard kledingstukken, waarvan een kwart nooit de kast verlaat. Met deze feiten start het boek ‘Empire of Things’ van de historicus Frank Trentmann. Het beschrijft hoe onze wereld de afgelopen eeuwen stap voor stap veranderde in een consumptiemaatschappij. Dat is een samenleving waarin mensen hun vrije tijd vooral gebruiken om goederen en diensten te kopen, om over consumptie na te denken en om te pronken met hun aankopen. Zo’n cultuur is goed nieuws voor de economie. Maar voor burgers -pardon consumenten –  groeit het risico dat hun vaste lasten onverantwoord hoog oplopen, want de verkoop van spullen en diensten geschiedt steeds vaker in de vorm van een abonnement.

Een abonnement is voor een aanbieder wat een bankbiljettendrukpers voor een valsemunter is: de euro’s rollen binnen zonder dat je er moeite voor hoeft te doen. Geen wonder dat de fantasie van abonnementenuitvinders geen grenzen kent. Natuurlijk, soms is een contract handig, zoals voor energie, water, internet en telefoon. Maar je kunt je ook abonneren op bloemen, de reiniging van je vuilcontainer, boeken, contactlenzen, extra tv-zenders, films en series, fruit, een fitnessclub, schoonheidsbehandelingen, gratis bezorging, opslag in de cloud, de glazenwasser, goede doelen, autohulp, musea, kranten, de dierentuin, het onderhoud van je verwarmingsketel, tijdschriften, groente- en maaltijdpakketten, loterijen, huiswerkbegeleiding, de kapper, je fiets, kleding, klussen, een oppas, tuinonderhoud, schilderwerk, wijn, bier, en ga zo maar door.

Accepteer mijn opzegging alstublieft. Ik wil niet horen bij een club die mij als lid zou accepteren. Groucho Marx, Amerikaans komiek, schrijver en tv-persoonlijkheid (1890-1977)

Een contract afsluiten is zo gepiept, en de maandelijkse kosten lijken een peulenschil. Nederlanders bulken dan ook van de abonnementen. Onze 25-minners hebben er gemiddeld zestien lopen, blijkt uit Nibud-onderzoek, en 25-plussers meestal een stuk of tien. Overigens onderschatten negen van de tien Nederlanders dit aantal. Maar liefst de helft van de huishoudens heeft zelfs geen idee hoeveel ze maandelijks aan abonnementen kwijt zijn. Verder vindt een kwart opzeggen gedoe, en zitten drie op de tien mensen langer aan een abonnement vast dan ze zouden willen. Je zou kunnen zeggen dat Nederlanders massaal lijden aan een nieuwe ziekte: het abonnementensyndroom. Is er een therapie die je geneest? Jawel. Op Nibud.nl staat een Excel-werkblad met ruim zestig veel voorkomende abonnementen. Loop die even langs, vul je maandelijkse kosten in en schrik van het totaal. Zo verandert je abonnementensyndroom hopelijk in een acute abonnementenallergie, Waarna je je gretig stort op de Nibud-opzegtips. Doe het nu. Want abonnementen zij de perpetua mobile’s van de consumentenuitgaven. De enige die ze een halt kan toeroepen ben jij.