In 1966 vierden vier van de tien Nederlanders weleens vakantie. Gemiddeld ging het om iets meer dan één reisje per jaar. Een derde van de reizigers bleef in Nederland; een kwart ging het buitenland verkennen. Totaal kostte die luxe (omgerekend) €184 per vakantieganger per jaar. Maar de afgelopen zes decennia groeide reizen uit tot volkssport nummer één. In 2018 vierden meer dan acht op de tien Nederlanders vakantie. Gemiddeld trokken ze er jaarlijks driemaal op uit. Dat kostte gemiddeld €1511 euro per vakantievierder. Tachtig procent van die uitgaven ging naar buitenlands vertier.
Onze vakantieverslaving is door het SARS-CoV-2-virus ruw verstoord. De meivakantie kun je wel vergeten. De toiletblokken op campings zijn gesloten. Je kunt nergens een terrasje pikken, uit eten of uitgaan. Ook musea en bezienswaardigheden zitten potdicht. Datzelfde geldt voor stranden en recreatiegebieden als de animo oploopt. Maar nog veel beperkter is de buitenlandse reis. Vliegtuigen staan aan de grond; bussen en treinen in remises. En zonder goede reden kom je dit land niet uit. Maar wat maakt het uit. Buiten de grenzen valt weinig lol te beleven. Neem Frankrijk. Daar zijn tijdens de lockdown de campings, horeca, veel stranden, parken en wandelplekken dicht. Watersporten en bergwandelen is verboden. Buiten sporten mag maximaal één uur en maximaal één kilometer van huis. Voor overige zaken mag je eenmaal daags je woning uit met een mondkapje. Op straffe van een boete van minimaal 135 euro. Dan blijf je toch liever hier?
Caravans willen helemaal niet op vakantie. Vandaar dat die auto’s zo hard moeten trekken. Kees van Kooten (1941), Nederlands cabaretier en schrijver
Een klein clubje Nederlanders hoopt nog dat het reizen komende zomer weer losgaat. Maar zolang er geen Covid-19-vaccin is, lijkt het onlogisch dat we weer massaal de aardbol over gaan. Nee, vakantie 2020 wordt een vouchervakantie. Dat is een vakantie op eigen balkon, in eigen tuin of parkje, dromend van een uitje in het post Corona-tijdperk, die je aankoopt met een Cornonavoucher. Dat is een tegoedbon van je reisondernemer voor wat je al aan je gecancelde reis hebt betaald. De Autoriteit Consument en Markt (ACM) vindt zo’n voucher redelijk, mits je de bon na twaalf maanden desgewenst kan inwisselen voor geld. En als je voucher, net als je gecancelde vakantie, onder de SGR-garantie valt. Dat laatste is belangrijk in Corona-tijd, want dan krijg je compensatie als je reisorganisator deze crisis niet overleeft.
Met een voucher voelt je volgende vakantie (deels) gratis. Maar er zijn ook nadelen. Zo ben je voor je volgende reis min of meer gebonden aan je voucher-reisbedrijf. Ook raken vouchers, net als andere waarde- en cadeaubonnen, regelmatig vergeten of zoek. Er zijn trouwens mensen die voorspellen dat we nooit meer willen reizen als voorheen. Geloof er maar niks van. Zodra Covid-19 verslagen is, gooien de vakantiereclamemakers alle remmen los. En wij zullen ons gedwee naar nieuwe uithoeken van de aarde – en wellicht daarbuiten – laten jagen.