De film Friends with Money uit 2006 portretteert vier vriendinnen van rond de 40: Franny, Christine, Olivia en Jane. Ooit waren ze financieel elkaars gelijken. Maar tegenwoordig komt Olivia moeizaam rond van schoonmaakklussen, terwijl Franny, een succesvol schrijfster, 2 miljoen dollar kan doneren aan een basisschool. ‘Geef het geld liever aan Olivia!’, roept Jane verontwaardigd als de vier samen dineren. Iedereen lacht ongemakkelijk en snel verandert het viertal van onderwerp. Want geld weggeven aan een armlastige vriendin? In een film lijkt het een optie, maar in het echte leven doen we dat niet. Stel, je wint 6 miljoen euro in de Staatsloterij. Deel je dat geld met een boezemvriend die sappelt? Of stel, je verkoopt je bedrijf voor miljoenen. Betaal je de probleemschulden van een vriendin? Volgens onderzoekers is de kans daarop vrijwel nihil. Sterker: zodra de welvaart van vrienden uiteen gaat lopen, verwatert het contact. Het botert niet tussen mensen van wie de financiële slagkracht verschilt. 

De politiek correcte opinie luidt dat elk mens gelijk is. Maar in de praktijk bepaalt koopkracht in hoge mate met wie we socialiseren. Een ontluisterend beeld hiervan geeft een peiling in 2018 onder 1.000 Britten. Bijna de helft van de ondervraagden gaf toe zich bewust te omringen met vrienden met evenveel bestedingsruimte. Van de rijkere Britten zeiden vier van de tien zelfs dat ze de banden hadden verbroken met vrienden die moeilijk konden rondkomen. Van hen voelde ruim een derde zich boven die armere vrienden verheven. Anderzijds zoeken minima ook niet snel vriendschap met rijken. Want wanneer rijk en arm samen zijn, ontstaan vaak ongemakkelijke situaties bij het splitsen van restaurantrekeningen of het plannen van uitjes en vakanties. 

‘Praat nooit over geld met mensen die meer of minder bezitten dan jij.’ John Whitehorn, Amerikaans psychiatrisch docent (1894-1974)

Nóg sterker dan inkomen beïnvloedt vermogen onze vriendschappen. Dat blijkt uit onderzoek door de Israëlische economen Guy Kaplanski en Haim Levy onder 550 beleggers in Amerika, Duitsland, Israël, Turkije, Hong Kong en China. Het onderzoeksduo ontdekte dat maar drie van de honderd beleggers blij dan wel verdrietig zijn voor hun vrienden als die beleggingssucces of -verlies boeken. De meeste mensen balen juist als ze ontdekken dat hun vrienden succesvoller beleggen dan zij. Een schokkende driekwart van de respondenten gedroeg zich zelfs vijandig tegenover vrienden die meer beleggingswinst behaalden dan zij. Geen enkele van de ondervraagden was trouwens bereid geld weg te geven aan een vriend. Kaplanski en Levy concluderen dat vriendschap een dubieus begrip is. Volgens hen kunnen we maar beter niks weten over de vermogenspositie van onze ‘vrienden’.

Deze conclusie laat zien hoe sterk geld is verweven met allerlei emoties. Daar praten we trouwens zelden over. Sterker, veel mensen kunnen niet eens verwoorden wat ze voelen over geld. Dat hebben ze thuis nooit geleerd. Niemand zal botweg zeggen: ik ga niet meer met je om omdat je rijker dan wel armer bent dan ik. Meningen en emoties over geld zijn meestal onbewust en blijven dat vaak levenslang. Ondertussen beïnvloeden ze wel je sociale keuzes, gevoel en gedrag. Dat geldt trouwens niet alleen tegenover vrienden. Juist binnen families, gezinnen en relaties kunnen gevoeligheden over geldkwesties uitgroeien tot een tijdbom. Want een vriend kun je zo nodig links laten liggen. Maar een breuk met een partner, familielid, kind of ouders doet veel pijn. Dat doe je alleen als de relatie onhoudbaar geworden is. 

Deze tekst is een voorproefje uit mijn nieuwe boek: ‘Geld speelt geen rol. Waarom je leeft als een miljonair als je de baas bent over je eigen geld’. Als je het hier (op mijn website) bestelt, krijg je het (naar je eigen wens, bijvoorbeeld voor een cadeau) gesigneerd thuisgestuurd.